Duurzame inzetbaarheid staat de laatste tijd in de schijnwerpers. De overheid heeft het op de agenda gezet, het onderwerp wordt steeds vaker besproken in de media en er zijn enkele duurzame inzetbaarheid scans op de markt. Alleen werkgevers zijn er nog niet goed op ingericht, blijkt uit onderzoek. Maar die zullen hoe dan ook overstag moeten.
Er bestaan diverse definities van duurzame inzetbaarheid. Maar in al die definities zit een grote rode draad. En dat is dat is dat duurzaam inzetbare mensen fysiek en mentaal in staat zijn hun werk te doen, dat in de toekomst kunnen blijven doen en indien nodig of als gewenst ergens anders nieuw of ander werk kunnen krijgen. Dat vergt onder andere gezondheid en het bijhouden van kennis, maar vooral ook dat je je werk leuk vindt. Want hoe leuker je je werk vindt, hoe langer je het volhoudt en hoe beter je er zelfs in kunt worden. Voor werkend Nederland klinkt dat waarschijnlijk als muziek in de oren. Wie wil er nou niet: leuk werk dat je lang volhoudt? En ook bij de overheid valt het ook goed, zeker sinds de pensioenleeftijd is opgeschroefd en mensen langer moeten doorwerken. Maar er is een kleine kink in de kabel.
Werkgevers liggen achter
Volgens het Nationale Onderzoek over Duurzame inzetbaarheid 2017 zijn de Nederlandse werkgevers er nog niet helemaal klaar voor. De meeste medewerkers zijn redelijk gezond, houden van hun werk en worden gewaardeerd door hun werkgever. De juiste ingrediënten dus. Maar de andere stappen van duurzame inzetbaarheid zoals je verder ontwikkelen en goede afspraken maken met een werkgever over bijvoorbeeld werk-privébalans, lijken nog niet helemaal ingeburgerd. Doorstromen naar andere functies gebeurt heel weinig. Slechts de helft van de werknemers zegt afspraken te kunnen maken over opleidingen en ook maar de helft kan op maat gemaakte afspraken maken over bijvoorbeeld afwijkende werktijden. Er zijn uiteraard werkgevers die wel die ruimte bieden, maar voor een land waar het onderwerp hoog op de agenda lijkt te staan, moet er bij de Nederlandse bedrijven nog wel het een en ander gebeuren.
Duurzame inzetbaarheid scans
We moeten weliswaar nog veel stappen maken op het gebied van duurzame inzetbaarheid. Het antwoord hoe we dat doen, lijkt er al te liggen. Met name vertrouwen en sociale steun van een leidinggevende is belangrijk voor duurzame inzetbaarheid. Beatrice van der Heijden (hoogleraar Strategisch personeelsmanagement in Nijmegen) geeft in de InVorm van september 2016 ook aan dat “employability valt of staat met een goede dialoog tussen leidinggevende en medewerker.” Op zich niet vreemd. Wie gesteund wordt, zal eerder durven aangeven wat hij wel en niet wil in zijn werk. En wie dat aangeeft en erover praat, komt sneller in een positie waarin ie wil zitten.
Een goede basis voor zo’n vertrouwelijk gesprek tussen leidinggevende en medewerker zijn de duurzame inzetbaarheid scans. Hiermee kunnen leidinggevenden en dus werkgevers snel loopbaanvraagstukken signaleren bij werknemers en ze ook oplossen. Een goed instrument voor de werkgevers van Nederland. Jobport biedt de scans van Ixly aan.
Duurzame inzetbaarheid staat terecht in de schijnwerpers. Nu hopen dat Nederland er in de volgende jaren steeds iets beter uitkomt in het Nationale Onderzoek Duurzame Inzetbaarheid.